Aangekomen in Parowan

29 juli 2016 - Parowan, Verenigde Staten

Na gisteren 6 uur door het Grote Niets gereden te hebben, had ik verwacht dat we vandaag wel zo'n beetje aan het eind daarvan zouden komen en weer in bewoond of bewoonder gebied uit zouden komen. Maar nee, ook de 4 uur rijden van vandaag was gewoon weer meer van hetzelfde: Niets.

Over de rit zelf is dan ook niet veel te vertellen. Saai.

Maar aan het eind, toen we bijna bij Parowan, onze eindbestemming van vandaag, kwamen we wat aparts tegen. Een plek waar je dino-afdrukken kon zien. Nou, dat wilden we wel, want dat hadden we nog nooit in het echt gezien. Dus daarvoor zijn we de weg even afgegaan.
Was een geinig wandeltje en vooral het je realiseren dat je dus naast een blok steen staat die al miljoenen jaren oud was was heel bijzonder.

We kwamen vrij vroeg in Parowan aan, maar we konden al inchecken in wederom een geweldig hotel. Het lijkt erop dat het nog niet zolang overgegaan is in andere handen en die mensen werken er keihard aan om het hotel tiptop in orde te maken. En dat lukt ze prachtig. De kamers zien er uit als nieuws.

De huidige eigenaar heeft Chinese roots en dat zie je terug in de kamers. Alle meubelen (stoelen, tafel, kastjes, bed, alles) zijn handgemaakt van iepenhout. Iepenhout van antieke deuren van meer dan 100-jaar oude huizen in China. Volgens de eigenaar vertelt elk stuk hout een stukje geschiedenis van een Chinese family.

Verder is het restaurant van het hotel een Chinees restaurant. En daar zijn we vanavond wezen eten. Nou, we hebben gesmuld. ZO hoort Chinees eten te smaken. Tjonge, wat was dat lekker.

Maar voor dat zover was, hadden we nog een paar uur te killen in Parowan.

We besloten nog een paar caches te zoeken en dankzij één daarvan, een puzzelcache over de eerste settlers hier, hebben we wat meer geleerd over het dorpje.

In 1851 kwamen de eerst settlers aan in Little Salt Lake Valley (dat is de vallei waar Parowan ook inligt). Een jaar daarvoor had Parley P. Pratt de vallei ontdekt en gezien dat daar ijzererts te vinden was. Ene George Smith, een priester ("apostle") van de Mormonenkerk werd erop uit gezonden om er een gemeenschap op te richten. Samen met zo'n 150 volgelingen (voornamelijk mannen, maar ook een paar vrouwen en kinderen) trokken zij in de winter hier naartoe. Eindelijk, na een paar bar koude nachten, kwamen ze aan waar een jaar geleden Parley P. Pratt geweest was. Ze zetten hun karren in een cirkel vlak naast de bergen om zich te beschermen tegen de felle kou en van daaruit begonnen ze dingen te regelen en met name gewassen te verbouwen. Zodat er genoeg voedsel zou zijn als later de ironminers zouden komen. En zo ontstond Parowan. Op 13 januari 1851 is Parowan officieel opgericht.

In de jaren die volgden breidde de stad, maar ook de bevolking flink uit. Alles wat ze nodig hadden, bouwden ze zelf. Ze waren geheel zelfvoorzienend.

Ondernemend als ze waren, zwermden anderen vanuit  Parowan uit naar Utah, Nevada, Arizona, Colorado en zelfs Oregon en Wyoming om daar een bestaan op te bouwen. Zij stichtten ook weer steden. Omdat al deze pioneers uit Parowan kwamen, wordt Parowan nu "Mothertown of the Southwest" genoemd.

De ijzerwinning bleek niet zo'n succes. Althans, in het begin. Dat kwam pas in de 20e eeuw. Maar ook dat hield op en in de jaren '80 van vorige eeuw was het niet best gesteld met de economie van Parowan. Er kwam een recessie en een paar zeer gedreven inwoners vonden dat er iets verzonnen worden om de economie uit het slop te trekken. En dat is ze gelukt met het realiseren van Brian Head. Daar kan je in de winter geweldig skiën en in de andere jaargetijden worden er allerlei andere activiteiten ontplooid waar veel toeristen op afkomen.

Daarnaast richten ze zich op verdere uitbreiding van agriculture.
Dat laatste zie je duidelijk: in al die uren dat we door de woestenij reden was het een dorre, droge bedoening. Maar de vallei waar Parowan in ligt is inderdaad opvallend groener.

Blijkt dat dit kleine dorp waar we per ongeluk in beland zijn en waarvan we dachten dat er geen bal te beleven zou zijn gewoon een bruisend dorp te zijn.

Morgen gaan we naar Bryce Canyon en wat andere "must see"-punten hier in de regio. En dan strijken we aan het eind van de dag neer in Kanab.